facebooklinkedintwitter

De PILLAR-methodiek

  • boek tbv pillar website

Valkuilen bij levensbrede begeleiding

Niemand is perfect

Niemand is perfect. Ook als professioneel coach ben je uiteindelijk gewoon een mens met al zijn imperfecties. Als je met mensen werkt, die begeleiding nodig hebben, kun je daarom soms ook tegen weerstanden of blokkades aanlopen.
Die kun je tegenkomen door gedrag van je cliënt waarbij je niet goed weet hoe hier mee om te gaan.
Wat ook kan gebeuren, is dat het gedrag van de ander emotie, irritatie of onmacht bij jou oproept. Het jou persoonlijk raakt, terwijl professioneel gezien van je wordt verwacht hiermee om te kunnen gaan.
Daar is niets verkeerds of vreemds aan. Het is juist heel menselijk, maar het is wel belangrijk dat je er aandacht aan besteedt. Met andere woorden: wees je bewust van wat je tegenkomt aan weerstanden, valkuilen, dilemma’s en doe er wat mee.

Waarom is het belangrijk hier aandacht aan te schenken?
Mensen met autisme kunnen anders reageren dan je gewend bent. Dit kan emoties oproepen bij jou als coach. Als coach neem je als het goed is hier al enige bagage en ervaring voor mee. Maar er zijn altijd ook wel de valkuilen en dilemma’s.

Enkele redenen om aandacht aan dit onderwerp te schenken:

  • Tegen je eigen grenzen aanlopen, kost energie en kan je op den duur uitputten. Ernaar kijken en je bewust zijn van je valkuilen helpt om het leuk te houden en vol te houden.
  • Het hoort bij de begeleiding van cliënten, dat ze je als persoon kunnen raken. Als dat niet zou zijn en mensen je onverschillig laten, zou je mensen niet kunnen helpen. Bewustwording hiervan bij jou is echter wel belangrijk. Als jij in je eigen emotie, irritatie of onmacht blijft hangen, kun je namelijk je cliënt niet goed helpen.
  • Het andere of afwijkende gedrag is vaak reden dat mensen met autisme stuk lopen op meerdere levensgebieden (relatie, werk, studie). Als jij als coach je bewust bent van wat er in de relatie van jou met je cliënt gebeurt, kun je wellicht deze cirkel doorbreken. Het kennen en herkennen van je eigen valkuil is dan een middel om het gedragspatroon bij je cliënt te doorbreken.

Er zijn valkuilen van en vanuit de coach zelf.

Misschien herken je iets in bepaald gedrag, dat je bedreigend vindt of dat een emotie oproept. Denk aan: onmacht, ergernis, ongeduld, redderssyndroom, missionaris gedrag, verzadiging, kandidatenziekte, het zich sluitende systeem of passiviteit.

Misschien zijn er bepaalde thema’s binnen de begeleiding die voor jou een trigger zijn.
Achterdocht bij een cliënt kan bijvoorbeeld een trigger zijn als je zelf vanuit goede bedoelingen iets doet en je cliënt deze intentie niet lijkt te zien. Als je dit persoonlijk opvat, beïnvloedt het je tijdens je coaching. Het is dan belangrijk om te onderzoeken wat het met je doet en hoe je hier mee om kunt gaan.

Er zijn de valkuilen door gedrag van je cliënt.

Reden dat iemand een diagnose autisme krijgt, kan mede voortkomen vanwege gedragsmatige componenten. Denk aan: arrogantie/hautaine houding, claimend gedrag, afstand/nabijheid, verontwaardiging, suïcide dreiging, “liegen”, “luiheid”, dreiging/agressie, manipulatie, achterdocht.

Ofwel: gedrag waardoor iemand tegen problemen aanloopt, dan wel gedrag waar anderen moeite mee hebben.
Zo is bijvoorbeeld een voorwaarde om een constructieve relatie aan te gaan dat mensen zich veilig voelen. Agressiviteit maakt dat aan deze veiligheid getornd wordt. Agressie komt voor bij autisme en kan dan reden zijn dat mensen iemand gaan ontwijken of wegsturen. Weten wat agressie met je doet, omgaan met en voorkomen van agressie zijn dan belangrijk om toch je cliënt te kunnen helpen en tegelijk je wel veilig te voelen.

Valkuilen van of vanuit de coach

Hier behandelen we een tweetal valkuilen.

Onmacht

Onmacht bij de coach zie je vaak ontstaan doordat er zaken zijn in het leven van de cliënt die je als coach graag zou willen bijsturen. De cliënt is echter nog niet klaar voor een vervolgstap in het leven, terwijl jij deze stap en de mogelijkheden wel ziet.

Een ander voorbeeld dat een gevoel van onmacht kan veroorzaken, is dat de directe omgeving van de cliënt niet handelt zoals jij hebt uitgelegd.
Soms is er onmacht omdat je zoveel leed bij je cliënt ziet, ziet hoe graag iemand anders wil,
maar iemand het gewoonweg niet kan. Autisme kan nu eenmaal soms een onoverkomelijk leed zijn, dat je niemand gunt, maar waarvan ook jij niet bij machte bent dit te veranderen. Wees je hiervan bewust.

Gebruik hier bijvoorbeeld intervisie voor om dit met anderen te delen.

Ongeduld of sneller willen

Ongeduld of sneller willen dan de cliënt, is een valkuil voor veel coaches. Geduld is een schone zaak wordt wel gezegd. Je kunt je cliënt met autisme niet dwingen tot inzicht of sneller leren omdat dit volgens jou, de coach, beter is.

Je kunt als coach nog zoveel zaken willen verbeteren of veranderen voor je cliënt, maar dat kan vaak alleen als er rust voor je cliënt komt. Soms moet je dus eerst de crisissituatie aanpakken voor er vervolgstappen mogelijk zijn.

Als je hier rekening mee houdt en je geduld bewaart, ga je zien dat er vaak meer kan dan je denkt. In Op weg naar rust in het hoofdstuk Presentie staat hier mee over bij onder andere afstemming en aansluiten..

Valkuilen ten gevolge van gedrag van je cliënt

Hier behandelen we een drietal valkuilen.

Een hautaine houding of arrogantie houding

Een hautaine houding of arrogantie kan veel weerstand oproepen. Schijnbaar achteloos gegeven opdrachten, zoals “doe jij effe...” komen niet altijd lekker over bij anderen. De coach kan dan nog bedenken dat dit gedrag bij het autisme hoort. De baas, docent of politieagent zal dit gedrag of deze toon veelal niet waarderen.

Als coach is het in zulke situaties belangrijk je af te vragen: waarom is deze houding er? Of waarom ontstaat dit gedrag in deze situatie? Of wat is de functie van dit gedrag als je het vanuit autisme bekijkt?

Als je dit begrijpt, begrijp je wellicht ook dat het gedrag niet tegen jou is gericht
Soms helpt het om te bedenken, dat het bij deze cliënt een compliment is, dat hij je iets vraagt. Dat jij misschien wel de eerste bent in jaren iets ‘mag’ doen voor je cliënt. Dat deze vraag dus voortkomt vanuit het vertrouwen dat je hebt opgebouwd met je cliënt.
Wat is dan belangrijker? De toon of het feit dat iemand een beroep doet op jou?

Tip: zoek hier als coach je weg in, laat je niet door je ego leiden. Bedenk dat juist vanwege dit gedrag iemand mede de diagnose autisme heeft en jou nodig heeft juist omdat dit gedrag hem in de problemen brengt op het werk, op school, in relaties, bij en met instanties.

Als er eenmaal een goede band is en iemand gaat je vragen waarom men hem steeds afwijst, kan dat soms een gelegenheid zijn om uitleg te geven. Dat kan dan de aanzet geven tot gedragsverandering. Daar ligt dan dus de mogelijkheid voor psycho-educatie.

Weet echter ook, dat dit gedrag en deze houding soms blijvend van aard is. Het hoort veelal bij mensen met de diagnose het syndroom van Asperger. Voor hen is een hautaine of arrogante houding ook een manier om controle en overzicht te houden op de wereld. Dit kun je iemand niet zomaar afpakken.
Dit gedrag is juist reden dat iemand soms levenslang coaching nodig heeft. Dus iemand nodig heeft, die naar anderen toe bemiddelt, uitlegt en zo een buffer vormt om te voorkomen dat deze man of vrouw overal onbegrepen en afgewezen wordt.

Afstand en nabijheid

De gepaste afstand en nabijheid ten opzichte van anderen kunnen inschatten, kan lastig zijn voor iemand met autisme.
Het kan zijn dat de cliënt de grenzen die voor jou prettig zijn, overschrijdt in fysiek contact.

Een voorbeeld hiervan is een mannelijke cliënt die tegen zijn vrouwelijke coach zegt: “Je mag me best masseren hoor, ik heb geleerd dat ik me daarbij goed kan ontspannen.”

Andersom kan ook. Fysiek contact dat voor jou als coach heel normaal is, kan voor iemand met autisme heel ongemakkelijk voelen. Jij wilt bijvoorbeeld je cliënt de hand schudden bij de eerste kennismaking, maar de cliënt reageert hier helemaal niet op. Dat kan tot ongemakkelijke situaties leiden.

Voorbeeld van een andere ongemakkelijke situatie. Een cliënt was op zijn werk ooit zo behulpzaam dat hij computerproblemen voor kantoorpersoneel meteen wilde oplossen. In plaats van waardering hiervoor te ontvangen, werd hij beschuldigd van ongewenste intimiteiten, zonder dat hij er iets van begreep.

Wat was er gebeurd? Hij was zo service gericht, dat hij bij een computerprobleem meteen onder de bureaus dook om aan de computer te werken. Ondertussen werkten echter aan die bureaus veelal jonge vrouwen, met soms korte rokjes. Zij vonden het, op zich heel begrijpelijk, niet fijn dat er op eens iemand zonder enig overleg onder hun bureau lag en beklaagden zich hierover bij hun baas.
De remedie was redelijk simpel: in het vervolg wachtte mijn cliënt tot de pauze van het kantoorpersoneel, dan wel vroeg hij eerst of hij meteen het probleem kon oplossen, dan wel pas op een later moment zou terugkomen.

Manipulerend gedrag

Manipulerend gedrag

Manipulerend gedrag kan veel weerstand bij coaches, instanties, andere mensen opwekken.
Het begrip ‘Manipuleren’ heeft meestal een negatieve lading. Het is vervelend, iets dat die ander niet moet doen. Er ligt vaak een waardeoordeel over die ander in besloten.

Manipulatie heeft dus een vervelende bijsmaak. Dat is ook logisch, manipulatie kan dwingend overkomen. Je wordt erdoor in een hoek gezet, wat je niet wilt. Of voor het blok gezet om te reageren of iets te doen waar je niet achter staat. Door de manier waarop dat gebeurt voel je je belast, onder druk gezet en voor dilemma’s geplaatst.

Coaches beklagen zich toch soms over dit gedrag. Waarbij ze over het hoofd zien, dat dit gedrag onderdeel van de problematiek is en mede reden is dat een diagnose gesteld wordt.

Manipulatie bekeken als angstreductor

Wat kan helpen is het navolgende begrijpen. Mensen met autisme ervaren soms weinig houvast in hun leven. Dit geeft een gevoel van onbehagen of maakt angstig. Om deze angst te controleren, zoekt iemand dan naar wegen om de controle te hervinden. Vanuit deze insteek bekeken is manipuleren dan eigenlijk niets meer dan zo snel mogelijk aansturen op rust, controle en veiligheid. Dus op het zo snel mogelijk angst reduceren, of bezweren.
Je kunt als coach dan het gedrag veroordelen, maar daarmee haal je de angst niet weg. Het gedrag zal dan dus blijven.

Manipulatie bekeken vanuit een ontwikkelingsperspectief

Wat ook kan helpen is het navolgende begrijpen. Autisme is ook een ontwikkelingsstoornis. Dit kan als gevolg hebben dat iemand op bepaalde gedrag en denkniveaus zich niet volledig heeft ontwikkeld in het proces naar volwassenheid.
Binnen de ontwikkeling van ieder kind hoort een leeftijdsfase waarin een kind zich gewaar wordt dat het door eigen gedrag reacties oproept van anderen en invloed uitoefent op zijn omgeving. Daarmee ook dingen voor elkaar kan krijgen.

Binnen een normale ontwikkeling leert iemand met de jaren om ook via andere wegen en door ander, meer sociaal gepast gedrag invloed en controle te hebben op de wereld. Bij autisme kan hier echter sprake zijn van een stagnering of vertraging. Iemand blijft dan in zekere zin hangen in een bepaalde leeftijdsfase. In dit geval hebben we het dan over manipulerend gedrag dat niet leeftijdsconform is.

Het lastige en zeker ook verwarrende is dan dat als dit kind ouder wordt het niet meer een kind is, dat leeftijdsconform en met een beperkt arsenaal aan uitingen en woorden probeert de wereld naar zijn hand te zetten. Op zeker moment heb je met een volwassene te maken, die zich op andere gebieden normaal of zelfs bovengemiddeld ontwikkeld heeft. Bij wie bijvoorbeeld het taal en redeneringsvermogen bovengemiddeld ontwikkeld is en die vaak zeer welbespraakt en creatief probeert anderen voor zijn karretje te spannen.

Op hoe hiermee om te gaan. Valt geen eensluidend antwoord te geven, wel een richtlijn. Conform PILLAR-methodiek formuleren we dit als volgt: niet meteen oordelen, maar kijken, analyseren, proberen te begrijpen wat de functie of betekenis van het gedrag is. Dat is iets anders dan het gedrag accepteren of tolereren of over je heen laten komen.
Dit helpt je bijvoorbeeld om uit de valkuil van je eigen onmacht te blijven en wellicht net die insteek of woorden te vinden die je cliënt helpen.

Mensen veranderen gedrag niet zomaar. Als coach kun je gedrag soms ombuigen als je op basis van je goede relatie het gedrag bespreekbaar maakt. Niet afkeurend en oordelend, maar beschrijvend. Door de gevolgen van het ene gedrag te beschrijven, bijvoorbeeld door uit te leggen aan de hand van een concrete situatie hoe dit gedrag werkte, geef je uitleg. Door vervolgens alternatieven aan te reiken, bied je iemand concrete tips. Zie ook hoofdstuk 7.3 van Op weg naar rust.

Tot slot.

In bovenstaand artikel zijn een vijftal mogelijke valkuilen behandeld.Voor dit soort situaties is het belangrijk dat je als coach blijft leren, reflecteren en je verdiepen.
Binnen iQ Coaches hebben we hiertoe als vast onderdeel een verplichte, regelmatige intervisie in het systeem ingebouwd. Dan wel zoeken coaches intern overleg als ze vast lopen.
Het advies in deze is dan ook: zorg voor intervisie en zoek zelf iemand die je coacht en scherp houdt.

Binnen de PILLAR Opleiding is er de module VALKUILEN en dillema’s bij autisme voor begeleiders en coaches die met autisme of ADHD te maken hebben binnen hun werk.

 

iQ Coaches in TV programma "da's goed geregeld"

iQ Coaches

Kom meer te weten over iQ Coaches

step00011