facebooklinkedintwitter

De PILLAR-methodiek

  • boek tbv pillar website

Wat is de PILLAR-methodiek

De PILLAR-methodiek is ontwikkeld om vanuit begrip en erkenning van de gevolgen van autisme op iemands leven een klimaat van rust en veiligheid te creëren. Met name mensen met autisme met een normale of hogere intelligentie herkennen zich en voelen zich erkend door deze methodiek. De PILLAR-methodiek betrekt vanzelfsprekend direct betrokkenen (ouders, partner, mentor, collega’s) als belangrijke steunfactoren binnen het ondersteunend netwerk. Niet het probleem, maar het leven zelf is daarbij leidraad.

De gevolgen van autisme werken vaak levensbreed, levenslang en levensdiep door.
  • Levensbreed: veelal is sprake van problematiek op meerdere levensdomeinen, zoals werk, inkomen, administratie, relatie en velen andere.
  • Levenslang: elke levensfase vraagt andere rollen, taken en verantwoordelijkheden. Door autisme is het niet vanzelfsprekend dat iemand hier adequaat in kan schakelen. Vooral de overgangsmomenten tussen levensfasen behoeft aandacht.
  • Levensdiep: autisme werkt door tot op existentieel niveau: wat kan ik, wil ik, is wel of niet mogelijk, hoe kan ik van betekenis zijn voor mijzelf en anderen.

Om recht te doen aan deze gevolgen zijn in de PILLAR-methodiek inzichten en ervaringen uit een breed scala van psychiatrische en meer maatschappelijk georiënteerde methoden geïntegreerd. Vanuit de existentiefilosofie zijn inzichten omtrent betekenisgeving en zingeving ingebracht.

De PILLAR-methodiek: een gelaagde methodiek

De PILLAR-methodiek bestaat uit zes pijlers: Presentie, Interactie, Levenscoaching, Luisteren, Actie, Rust.
Elke pijler verwijst naar één van de zes kernproblemen die een rol spelen bij autisme. Elke pijler kent weer meerdere lagen of niveaus, die een ander stukje van de pijler in de schijnwerpers zet. Lees hier mee over de PILLAR-methodiek:

De PILLAR methodiek in vogelvlucht

De zes lagen zijn:

De eerste laag: (de oorzaken vanuit) de psychische functies bezien
Bij deze laag kijken we naar de oorzaken van autisme op het niveau van de psychische functies en vermogens en gevolgen van overgevoeligheid voor prikkels.

De tweede laag: autisme heeft levenbrede en levenslange gevolgen
Op deze laag kijken we naar wat de gevolgen van autisme en ADHD zijn op het leven. Dus we kijken naar hoe de gevoelligheid en minder ontwikkelde psychische vermogens/functies die we op de eerste laag zien, doorwerken op gedrag en functioneren in het leven van alledag. Autisme en ADHD werken door op alle levensgebieden en daarmee op het persoonlijk, praktisch, relationeel en maatschappelijk functioneren.

De derde laag: de existentiële gevolgen van autisme
Autisme heeft ook gevolgen als het gaat om het vinden van doel, zin en betekenis van het leven. Daarmee werkt autisme dus ook door tot op een levensdiep, ofwel existentieel niveau.
Met name mensen die beseffen dat ze door hun autisme anders in het leven staan, die hierover reflecteren, zijn vaak hun leven lang zoekende. Vaak zie je dat levens niet op gang komen, omdat door het autisme er geen lijn, richting in hun leven is of ze niet in staat zijn zelf sturing aan hun leven te geven.
Op deze laag staan begrippen of thema’s die verwijzen naar of doorwerken tot op existentieel niveau. Sommige van deze begrippen komen ook terug bij andere pijlers. Dit maakt vooral duidelijk hoe diep autisme doorwerkt op het leven.

De vierde laag: oplossingen, coaching en acties
Per pijler worden hier mogelijke oplossingen of richtingen aangegeven

De vijfde laag: verbindingen tussen pijlers
De vijfde laag kijkt naar de samenhang met andere pijlers.

De zesde laag: onderliggend
Gedachten, methodieken en theorieën die hebben bijgedragen aan de formulering en ontwikkeling van betreffende pijler.

De PILLAR-methodiek: wat kun je ermee?

Autisme is vaak complex en uit zich op heel diverse wijze. Mensen met een normale of hogere intelligentie met autisme kunnen bovendien soms redelijk tot goed functioneren op het ene levensgebied, terwijl ze op andere levensgebieden grote problemen kennen. Vaak zie je hierdoor niet dat sprake is van autisme en hoe zich dit specifiek uit bij die ene persoon. Dit maakt het soms best lastig om autisme en de gevolgen ervan op het leven te begrijpen.

De PILLAR-methodiek kan dan helpen bij de zoektocht naar meer begrip en oplossingen of aanpak. De PILLAR-methodiek fungeert dan als een referentiekader voor je vragen en observaties en is een hulpmiddel bij het (onderzoek)proces.

In het navolgende wordt de meer schematische en systematische kant hiervan uitgelegd. Dit is bedoeld om te laten zien dat het op een gestructureerde manier werkt. Zo schematisch als in deze voorbeelden wordt weergegeven, werkt niet in het in echte leven met echte mensen.

Voorbeeld hoe dit werkt: een cliënt klaagt over onrust, maar niet weet hoe dit komt.
Uitwerking: het is dan de vraag waar deze onrust vandaan komt. Als je begrijpt wat de echte reden van de onrust is, kun je iemand immers het beste helpen of van advies dienen.

In dit voorbeeld kan deze onrust voortkomen bijvoorbeeld uit een misverstand, verlies van overzicht of overprikkeling. Als je dan kijkt naar de lagen van de PILLAR-methodiek kunnen hier dus Interactie (misverstand), Luisteren (Centrale Coherentie) of Rust (overprikkeling) aanleiding zijn van de onrust.
Als je vanuit dit kader met iemand praat en luistert, is de kans groter dat je hier opheldering in krijgt. De vraag die je hierbij de weg wijst, is dan: welke pijler en/of welke laag van een pijler is oorspronkelijk aanleiding tot deze onrust.
Als iemand dan bijvoorbeeld zegt: “ik begreep er echt helemaal niets meer van” is de kans groot dat het hier om een misverstand gaat op taal of communicatieniveau. De oplossing kan dan heel simpel zijn: opnieuw iets vertellen.
Schematisch weergegeven ligt dan het probleem op de tweede laag bij Interactie (als gevolg van autisme ontstaat een misverstand in de communicatie) en de oplossing bij de vierde laag(een coach vertaalt, vertolkt of legt uit) binnen de pijler Interactie.
Nog schematischer: probleem op laag Interactie 2 lossen we op met laag Interactie 4.

Als iemand reageert met: “het werd me allemaal teveel” is er ook een kans dat overprikkeling de oorzaak is van de onrust. Woorden als “ik raakte volledig de weg kwijt” kunnen wijzen op verlies van grip en overzicht en daarmee naar de vierde pijler van den PILLAR-methodiek wijzen.

Stel nu dat je merkt dat iemand behoorlijk overstuur of onrustig is? Mogelijk bemerk je dan dat inmiddels naast het “ik begreep er niets meer van” ook sprake is van “het werd me teveel”. Ofwel probleem op laag 2 van Interactie escaleert en er komt een overprikkeling/frustratie bij die past bij de pijler Rust op de tweede laag. Vanwege het autisme is dan extra uitleg vooral bron van nog meer overprikkeling. Een vraag die je dan kunt stellen is, wat heeft deze persoon nu als eerste nodig? Letterlijk rust en kan ik beter weggaan(=Rust)? Of juist blijven en iemand even laten uitrazen=(Presentie)?
Bij dat laatste hebben we het dan over een oplossing op de vierde laag van Presentie: er gewoon even zijn, zonder woorden of oordelen.
Als iemand hierdoor rustiger wordt, kan de vraag opkomen? Is hij of zij al rustig genoeg? Wellicht dat (samen) een blokje om of een ademhalingsoefening werkt. Pas daarna het oorspronkelijke probleem aan de beurt is.
Heel schematisch ziet dit er dan als volgt uit: I2+R2 > P4 +R4 > I4.
Uitgeschreven:
het probleem is herleidbaar tot een misverstand (ofwel laag 2 bij Interactie).
Dit leidde tot overprikkeling/frustratie (ofwel laag 2 bij Rust.
De oplossing begon bij er zijn en laten uitrazen (ofwel laag 4 van Presentie).
Waarna een blokje om (laag 4 van Rust) het mogelijk maakte om uitleg te geven (laag 4 van Interactie).

 

 

 

 

 

iQ Coaches in TV programma "da's goed geregeld"

iQ Coaches

Kom meer te weten over iQ Coaches

step00011